Verslag 29 februari 2012

Op 29 februari 2012 maakte Murielle Feyen van Delphico uit Zoersel ons wegwijs in wijnen van Spanje, dat de grootste wijngaard van de wereld is en de derde wijnproducent.

– Het groene Spanje in het noorden van Galicië tot Catalonië. Hier is het in de zomer gematigd warm en in de winter nog aangenaam met 8°C. De bodem bestaat meestal uit kalksteen. Dit is de regio van de Rieslingachtige wijnen. Hier vindt men bijvoorbeeld de Rioja-wijnen.
– Het midden met een extreem continentaal klimaat, zeer warm in de zomer en een relatief koude winter. Deze streek krijgt ook veel regen.
– De middellandse zeekust van Zuid-Catalonië tot aan Portugal, een droge streek met temperaturen van 25°C in de zomer en warme winters. De bodem aan de zuidoost kust bestaat uit zand en uit krijt aan de zuidwest kust.

De Spaanse wetgeving maakt een onderscheid tussen tafelwijn (vino de Mesa en vino de la Tierra) en kwaliteitswijn (vino de calidada con indicacion geografica, DO en DOCa).

Wat de leeftijd van de wijn betreft spreekt men van:
– Vino joven: onmiddellijk te drinken
– Crianza: minimaal 24 maanden, waarvan 6 maanden op vat
– Reserva: 24 (wit) -36 (rood)  maanden oud waarvan 6 tot 12 maanden op vat
– Gran reserva: 48(wit) – 60 (rood) maanden, waarvan 6 tot 18 maanden op vat

In Spanje heeft men nationale en regionale druivensoorten
Tot de nationale behoren de witte soorten Viura of Macabeo en Airen en de rode Tempranillo en Garnacha.
Bij de regionale zijn de Verdejo en Albarino bekend voor witte wijn en de Tempranillo voor rode wijn naast Merlot en Pinot noir.
Een bijzonder soort wijn is de sherry, een versterkte wijn, die gemaakt wordt door jonge wijn toe te voegen aan reeds verouderde wijn. Hij gedijt in de regio met een subtropisch klimaat in de buurt van Jerez aan de Portugese grens.

Nog meer bekend dan sherry is de cava, de Spaanse cremant. Deze mousserende wijn wordt op de traditionele wijze gemaakt: een eerste gisting na persing gevolgd door botteling en tirage. Daarna volgt de tweede gisting die 4 tot 8 weken duurt; men voegt de ‘liquer d’expedition’ toe en zorgt dat de druk op 5-6 bar is. Nu moeten de flessen rusten en regelmatig gedraaid worden. Tenslotte laat men de in de hals gevormde stop ontsnappen en vult men aan. De cava kan nu eventueel nog verouderen.
Cava produceert men in Catalonië (rond Barcelona) in Rioja, Extremadura en rond Valencia. De meest gebruikte druiven zijn Macabeo, Xarel-lo, Parellada, Chardonnay en Pinot noir.

Na deze boeiende theoretische inleiding mochten we oordelen of de praktijk ook bij de theorie aansloot.
De degustatie begon met een cava Nadal green label uit Catalonië. Hij was gemaakt van 60% Macabeo en 40% Parellada en 15 maanden oud. Het was een heerlijke cava met een lichtgroene kleur, met aroma’s van wit fruit en een delicate mousse. Een uitstekende entrée!
De degustatie van witte wijn volgde een crescendo. We vertrokken van een eenvoudige Caballero de Castilla van 2010 op basis van Verdejo-druiven met hun typische venkelaroma in de mond overgaande in appel, banaan en limoensmaken.
Even bleven we nog in de regio Castilië-Léon met een Caballero de Castilla van 2010, een aangename wijn op basis van Macabeo en Airendruiven met een heldere limoenkleur en aroma’s van tropisch fruit. Aanbevolen bij pasta, schaaldieren en rijst.
Zo bereikten we de top van witte wijn : La Val, een D.O. Rias Baixas uit Galicië uit 2008, gemaakt van 100% Abarinodruiven. Een fijne lichtgele wijn met een licht kruidig boeket en aroma’s van frisse citrus met een beklijvende afdronk. Excellent bij visgerechten en schaaldieren.

Wie dacht dat nu de rode wijn zou komen had het mis. Murielle had een verrassing achter de hand met een zure roséwijn, de Viña Aliaga Rosado de Lagrima uit Navarra op basis van Garnachadruiven. Deze wijn is gegist in inox tanks en heeft een heldere aardbei rosé kleur met aroma’s van rijp rood fruit. Hij mist het zoete dat veel roséwijnen onaangenaam maakt. Dit was een ontdekking. Geschikt bij voorgerechten, als aperitief en bij vis.

En nu was de rode wijn aan de beurt. Ook hier konden we genieten van een continue opbouw. We begonnen met een pretentieloze Caballero de Castilla van 2009 uit Castillië en Léon, op basis van Tempranillodruiven. Het was een kersrode wijn met aroma’s van rood fruit en vanille. In de mond proefde deze wijn vol en vlezig met zachte tannines en een lange afdronk. Aanbevolen bij kaas, vlees en gegrilde vleesgerechten.
Nu was het de beurt aan een DO Rioja, Ermita Crianza uit 2006, gemaakt van Tempranillodruiven en 15 maanden gelagerd in vaten van Amerikaanse eik. Een diep rode wijn met aroma’s van zwart fruit, vanille en kruiden. Dit was een gebalanceerde krachtige en harmonieuze wijn, te drinken bij gegrild en gebraden vlees, varkenshaasje met mosterdsaus en rijstgerechten.
Zo werd het stilaan tijd voor de beste rode wijnen een Pata Negra Gran Reserva (2004) uit D.O. Valdepenas op basis van Cencibel en Tempranillodruiven en een Tiempo (2005) op basis van 100% Tempranillodruiven uit de D.O. Ribera del Duero met 8 maanden vatlagering op Amerikaanse en Franse eik.
De Pata Negra had een dieprode kleur en aroma’s van tabak en zwart fruit. Een krachtige wijn aanbevolen bij gebraden en gegrild vlees.
De Tiempo vertoonde een intense dieprode kleur met purperen rand, complexe aroma’s van rode en zwarte bessen bloemaroma’s, vanille, kaneel en komijn van de vatlagering. Een wijn met een palet van warm en mondvullend fruit. Ideaal bij lam en wildgerechten.
Een zalige wijn en een waardige afsluiter voor deze geslaagde avond met Spaanse wijnen.

Xavier